Dance

“Soms moet je dansen met wie er op de dansvloer staat.” Dat zei Mark Rutte voorafgaand aan zijn bezoek aan Donald Trump. Nu zie ik Rutte zo een twee drie nog geen chachacha dansen. Sterker nog, volgens mij zijn z'n dansmoves net zo houterig als z’n Engelse uitspraak. Maar wellicht onderschat ik 'm. En heel eerlijk: ík ben de laatste die iets van Ruttes danskunsten mag zeggen. Zelf dans ik als een aardvarken met ingegroeide teennagels en ben net zo flexibel als een stokstaartje met een dubbele hernia. Kortom: zet mij niet op de dansvloer. 

Toen ik klein was dacht ik net als alle kinderen dat ik leuk kon dansen. Tot ik werd uitgenodigd voor een dansfeestje van een vriendinnetje. Zo'n feestje waar iedereen in een middag tijd hetzelfde dansje instudeert om dat aan het einde van het feestje te showen tijdens een optreden. Verschrikkelijk. Ik kon die pasjes maar niet onthouden. Ik zag mezelf in een confronterend grote spiegel alle moves net vijf seconden later uitvoeren dan de rest. 

Dat was het begin van mijn dansfobie. Waar ik ook ben, ik probeer altijd zo weinig mogelijk te dansen. Het liefst positioneer ik mezelf bij de bar en houd me vast aan twee biertjes - in elke hand eentje. Soms kan het echter niet anders dan de dansvloer te betreden en dan gaat het mis. Ik wil best dansen, maar ik kan het niet. Echt niet. Mijn moves zien er niet uit. Dat durf ik met zekerheid te stellen op basis van keihard bewijsmateriaal.

Twee jaar geleden stond ik namelijk op een feestje waar we waren uitgenodigd voor een toeteroptreden. Na afloop stond het bier koud. Eén biertje werd al snel twee en dat werden er uiteindelijk zo veel dat ik heel eventjes vergat dat ik niet kon dansen. Met volop ingedronken moed demonstreerde ik op de dansvloer mijn kamelendans, een zelfbedachte move. Daarbij lijkt het - of beter gezegd: móet het lijken - alsof ik op een kameel rijd. 

En toen kwam het hoogtepunt. Na de kamelendans besloot ik een tweede variant van een zelfbedachte move te laten zien. Die leek nog het meest op de beweging die je maakt wanneer je aan het verdedigen bent tijdens een korfbalwedstrijd. Het voelde fantastisch, maar in werkelijkheid was het dieptreurig. Ik transformeerde in een zwanenjong dat tijdens z'n eerst vliegpoging maar niet van de grond weet te komen. 

Dat ontdekte ik echter pas nadat ik de volgende ochtend met een katerhoofd mijn whats app berichten checkte. Ik schrok toen ik het filmpje opende. Als een dronken giraffe struikelde ik over de dansvloer. Er sneuvelden tafeltjes met glazen door mijn wilde armgebaren. Ik sprong van links naar rechts alsof ik auto's moest ontwijken op de snelweg. Kort samengevat: het was slapstick tot en met. 

Die ochtend heb ik met mezelf afgesproken dat ik nooit weer dans. Als het echt niet anders kan, doe ik de veiligste variant die er maar is: de Carola Smit-move. De zangeres van BZN heeft kennelijk net zulke lenige heupen als ik en gebruikt daarom altijd haar standaard danspasje. Als een soort matroesjka schommelt ze van links naar rechts. Veilig op het ritme van de muziek en niet te ingewikkeld. 

Daar wil ik het voortaan ook maar bij laten. Geen kamelendans of zwanenjong meer. Qua dansen ben ik nou eenmaal niet zo'n hoogvlieger.

Nynke van der Zee

Nynke van der Zee

Tekstschrijfster

Op zoek naar een enthousiaste tekstschrijver in Friesland? Ontdek of wij bij elkaar passen.

Meer over mij

Laatste Blogs